Verbazing
Drieënhalf jaar geleden zat ik er voor het eerst: op het harde
stenen bankje in dat veel te hete zwembad. Het werd tijd dat Thomas leerde
zwemmen, vond ik, en gelukkig had ook hijzelf er heel veel zin in. Vol enthousiasme
spetterde hij erop los in het ondiepe, verwarmde water. Het ging best goed, die eerste periode. Thomas
deed aardig mee met de groep, met her en der wat extra ondersteuning en uitleg
van een behulpzame stagiaire. Maar toen was daar de overgang naar het diepe.
Waar even op de bodem gaan staan geen optie meer was en het water ineens véél
kouder aanvoelde. Er volgden lessen waarbij het niet of nauwelijks lukte Thomas
te motiveren het zwembad in te gaan. Gillend en spartelend van frustratie zat
en lag hij langs de kant. Een drama was het.
Toch zetten we door. Met behulp van een wetsuit en één op
één begeleiding ging Thomas weer het water in. Technisch correct zwemmen bleek
de volgende uitdaging. Ook het consequent opvolgen van instructies lukte Thomas
nauwelijks. Zijn zwemleraar begon twijfels uit te spreken en ook ik vroeg me af
of er ooit een A diploma zou komen. Nou ja, als hij maar leert om boven water
te blijven, werd toen mijn insteek. Veiligheid was ten slotte het
allerbelangrijkste. Bijstellen, altijd maar bijstellen, en die eeuwige
onzekerheid, het niet weten of iets ooit zal gaan lukken en hoe lang het goed
is een bepaald doel na te blijven streven: het hoort erbij als ouder van een
zorgintensief kind, maar mijn hemel, wat vind ik dat soms lastig.
Toch zit ik hier nu weer, drieënhalf jaar later. Op zo’n
stenen bankje in een veel te warm zwembad. Er hangen feestelijke vlaggetjes aan
het plafond. Zenuwachtig staat Thomas op de rand, in T shirt, korte broek en
met schoenen aan. Hij aarzelt even, want in één keer het frisse water ingaan is
nog steeds niet iets wat hij prettig vindt. Maar dan…springt hij. In keurig
rechte baantjes zwemt hij heen en weer. Hij doet bijna precies wat hem gevraagd
wordt. Mijn ogen worden vochtig en ik doe mijn best de brok in mijn keel weg te
slikken. Een kwartier later is er applaus en krijgt Thomas van de badmeester
zijn A diploma overhandigd. Hij kijkt verrast, verbaasd misschien zelfs, maar
begint vervolgens hard te juichen.
En dat is nu de andere kant van de medaille: door die
eeuwige onzekerheid weet Thomas mij keer op keer te verbazen. Door alles wat
hij leert, door hoe hij zich steeds verder ontwikkelt en door alles wat hij
ineens wél blijkt te kunnen. Die verbazing maakt me extra trots op alle dingen
die hij weet te bereiken. En mijn hemel, wat is dát een fijn gevoel!
Reacties
Een reactie posten